De Standaard – Marjan Justaert | ‘Ik wil de Belgen een spiegel voorhouden: het gaat niet op kwaad te zijn op Roemenen, Bulgaren of Polen omdat ze onze jobs inpikken, als je zelf niet in orde bent.’ Staatssecretaris Bart Tommelein (Open VLD), die morgen met de transportsector een actieplan ondertekent om sociale fraude aan te pakken, ambieert een mentaliteitsswitch: mensen moeten beseffen dat zwartwerk not done is. Zelfs het verzwijgen kan niet meer.
Sinds zijn aantreden zweert Bart Tommelein (Open VLD) bij ‘rondetafels’ om de sociale partners en de regering samen
te brengen in de strijd tegen sociale fraude. ‘Die aanpak werkt’, stelt de staatssecretaris vast. ‘En dat voor een liberaal!’ Morgen ondertekent hij samen met de vakbonden, de werkgevers en zijn bevoegde collega-ministers een ‘Actieplan voor eerlijke concurrentie’ in de transportsector. Eerder deed hij dat al voor de bouw- en taxisector.
Het plan focust onder meer op bestelwagens van minder dan 3,5 ton.
‘We zien dat sociale dumping verschuift naar kleinere voertuigen. Die blijven onder de radar, omdat zij niet moeten voldoen aan enkele verplichtingen zoals het aan boord hebben van een tachograaf. Als we die voertuigen meer controleren, zal dat ook de verkeersveiligheid ten goede komen. Wij horen nu verhalen over chauffeurs die een volledige shift afwerken met de vrachtwagen, hun vracht vervolgens overladen en weer de baan opgaan.’
Waarom voert u geen rij- en rusttijden in voor chauffeurs van bestelwagens?
‘Dat zou disproportioneel zijn, want op die manier zouden we de goedmenende kmo’s te zwaar treffen. In de toekomst
wil ik wel de manier waarop we rij- en rusttijden belasten in vraag stellen. Het is onlogisch om voor rustperiodes evenveel socialezekerheidsbijdragen aan te rekenen als voor reëel werk. Maar dat is nog niet opgenomen in het protocol dat morgen ondertekend wordt.’
Wat zit er wel in?
‘Een van de grote nieuwigheden is dat we een verschuiving willen van zetel- naar wegcontroles. Vandaag controleren we bijna uitsluitend bedrijven die in België een maatschappelijke zetel hebben. Als we meer wegcontroles invoeren, kunnen we ook buitenlandse chauffeurs controleren die voor buitenlandse firma’s werken, én kunnen we gebruikmaken van bestaande technologieën zoals de nummerplaatherkenning.’
Een nummerplaat is snel vervangen.
‘Om gerichte wegcontroles te organiseren, is het nieuwe meldpunt sociale fraude van cruciaal belang. Alleen als mensen ons signaleren dat er op een terrein in Limburg 300 Hongaarse vrachtwagens stilstaan (een reëel voorbeeld van eind december, red.) kunnen we optreden. Men noemt het vaak een kliklijn, maar het ís geen kliklijn. Integendeel: als we een tip krijgen, kunnen we het bedrijf tenminste doorlichten. Als iedereen zwijgt, blijven de sociale fraude en de uitbuiting duren.’
Dat klinkt alsof het niet melden schuldig verzuim is.
‘Dat is ook zo. Zwijgen kan niet meer. Al is het natuurlijk niet onze bedoeling om buren of exen die een uurtje zwartwerk laten uitvoeren, te grazen te nemen. Rancuneuze, persoonlijke afrekeningen vormen geen prioriteit voor de sociale inspectie. Een beetje gezond verstand is belangrijk.’
Toch blijft het meldpunt omstreden, omdat je anoniem kunt ‘klikken’.
‘Maar allez! Het principe is: niet anoniem. Er zijn meldpunten voor seksuele intimidatie, dierenmishandeling, ticketfraude, noem maar op. Iedereen vindt dat goed, en terecht. En als ik een meldpunt opricht, wordt het een kliklijn genoemd. Voor eens en voor altijd: dat klopt niet.’
Controles opvoeren is één ding, het uitroeien van sociale fraude een ander.
‘Ja, we zullen ook moeten inzetten op preventie en op de aanpassing van bepaalde statuten aan de realiteit. Sommige statuten moeten nog flexibeler. Men verwijt mij dan dat ik “zwartwerk wil verwitten”, maar het gaat erom dat we mensen die willen werken, wettelijk laten werken.’
‘Ik wil vooral dat mensen echt beseffen dat zwartwerk not done is. Ik grijp de opportuniteit aan om de Belgen een spiegel voor te houden: het gaat niet op kwaad te zijn op Roemenen, Bulgaren of Polen omdat ze onze jobs inpikken, als je zelf niet in orde bent.’
Sociale dumping is, zeker in de transportsector, toch een Europees probleem? Wat kan een klein land als België doen?
‘Wel, de Benelux-landen hebben eerder al de krachten gebundeld en ik zoek volop naar meer Europese bondgenoten. Mijn Franse en Duitse collega willen het systeem van detacheringen beperken in tijd en niet langer verlengbaar maken. Ik heb hen nu een brief gestuurd en plan binnenkort een bezoek aan Parijs en Berlijn. Ik maak me sterk dat ook Oostenrijk en Italië op de kar zullen springen, en de Scandinavische landen uiteindelijk ook.’
Eurocommissaris Marianne Thyssen zit (nog) niet op dezelfde golflengte.
‘We hebben al verschillende goeie contacten gehad. Marianne kent ons standpunt: een pleidooi voor meer arbeidsmobiliteit zonder dat we tegelijkertijd sociale fraude beteugelen, kan niet. Het moet vooruitgaan nu, het is dringend.’