Staatssecretaris voor de Noordzee Bart Tommelein neemt kennis van de verschillende positieve adviezen voor de aanleg van de energie-atol voor de kust van De Haan. De adviesprocedure werd namelijk op dinsdag 11 februari beëindigd. Algemeen wordt aangenomen dat aan alle wettelijke criteria is voldaan en dat de creatie van extra opslagcapaciteit bijzonder nuttig is voor ons land. Enkele adviezen, zoals die van de Vlaamse overheid, hadden enkele bedenkingen en bezwaren. Tommelein (Open Vld): “Ik heb begrip voor de ongerustheden. We zullen die heel grondig en objectief bekijken want het is belangrijk dat er een groot draagvlak is voor deze wereldprimeur. Mijn administratie heeft nu een tweetal weken om mij een geïntegreerd advies te bezorgen.”
In het Marien Ruimtelijk Plan (MRP) werden twee zones vastgelegd voor de creatie van een energie-atol: ter hoogte van de Wenduinebank en ten oosten van de havenuitbreiding in Zeebrugge. Deze zones werden vastgelegd in overleg met alle kustgemeenten, betrokken administraties en het Vlaams Gewest. Het Marien Ruimtelijk Plan is dus een onderhandeld evenwicht voor alle Noordzee-activiteiten.
Het eiland zal worden gebruikt voor de tijdelijke opslag van elektriciteit die onder meer wordt opgewekt door de windmolenparken voor de Belgische kust. Eind vorig jaar is de mededingingsprocedure voor de aanleg van het energie-atol ter hoogte van de Wenduinebank afgelopen. Het consortium iLand heeft zich als enige voor de zone Wenduinebank aangemeld.
In een volgende fase moet het consortium een milieuvergunning aanvragen vooraleer de aanleg van het atol te kunnen starten. Het is de Staatssecretaris voor Noordzee die na het verlenen van de concessie moet nagaan of een milieuvergunning kan worden afgeleverd: “De milieuvergunning is de eigenlijke bouwvergunning en is gebaseerd op een heel uitgebreid milieueffectenrapport en milieueffectenbeoordeling. Daaruit zal moeten blijken wat de effecten zijn op mens en milieu. Duurzaamheid en respect voor het milieu zijn voor mij van groot belang. De bekommernissen van de Vlaamse overheid worden in die zin dus uiteraard mee in de evaluatie van het project opgenomen.”, aldus Bart Tommelein.
Tommelein gaat nog een stap verder: “Als er duidelijk negatieve effecten uit het onderzoek naar voor komen, dan moeten de plannen worden aangepast of wordt zelfs helemaal geen vergunning afgeleverd. Het is evenwel zo dat de eerste wetenschappelijke voorstudies over de effecten positief zijn, maar wij wachten het milieueffectenrapport af. De inplanting van het atol is gebaseerd op heel wat onderzoekswerk door experten. De meeste experten zijn positief tot zeer positief omdat het verhogen van de opslagcapaciteit nodig is, en bovendien gaat het om een absolute wereldprimeur. Het is dan ook goed dat alle ingewonnen adviezen positief zijn maar ook de enkele ongerustheden worden hierin zeker gehoord”.