Als je een woning koopt of erft, betaal je registratierechten of erfbelasting op de prijs of de verkoopwaarde. De Vlaamse Belastingdienst heeft vijf jaar de tijd om te controleren of je een correct bedrag aan belastingen betaald hebt en zo nodig een navordering te sturen. Vlaams minister van Financiën en Begroting Bart Tommelein zorgt er nu voor dat de Vlaamse fiscus de burger binnen de twee jaar op de hoogte brengt. “We geven de burger rechtszekerheid. Het is maar eerlijk dat iedereen correct belastingen betaalt, maar het is aan de fiscus om dat binnen een redelijke termijn te controleren.”
Wie een woning koopt of erft, betaalt registratierechten of erfbelasting op de prijs of op de verkoopwaarde. Als de woning nadien doorverkocht wordt voor een veel hoger bedrag, dan kan de Vlaamse Belastingdienst een onderzoek instellen. De belastingdienst controleert op basis van vergelijkingen met gelijkaardig onroerend goed, of de koper of erfgenaam de woning niet té goedkoop verworven heeft. Als dat het geval is, kan de fiscus wat er te weinig betaald is aan koop- of erfbelasting navorderen.
In de praktijk streeft de Vlaamse Belastingdienst reeds naar een afhandeling van ‘tekortschattingen’ binnen de twee jaar, maar in de Vlaamse Codex Fiscaliteit staat dat de fiscus vijf jaar de tijd heeft om een navordering te sturen. Dat brengt rechtsonzekerheid voor de belastingplichtige met zich mee, die tot vijf jaar lang in het ongewisse kan blijven. Het zorgt er bovendien voor dat de verkoop van onroerend goed soms wordt uitgesteld tot die termijn is verstreken.
Controle binnen de twee jaar
De Vlaamse Regering heeft vandaag op voorstel van Vlaams minister van Financiën en Begroting beslist de Vlaamse Codex Fiscaliteit aan te passen zodat de burger binnen de twee jaar op de hoogte wordt gebracht van een mogelijke tekortschatting. “Met deze aanpassing creëren we rechtszekerheid”, aldus Bart Tommelein. “Het is maar eerlijk dat iedereen op dezelfde, correcte manier belastingen betaalt en dat de fiscus dat controleert. Maar de burger moet binnen een redelijke termijn weten waar hij/zij staat, zodat niemand vijf jaar na datum plots voor verrassingen komt te staan.”