Belga | Vlaams minister van Energie Bart Tommelein heeft donderdag in de Jansensiuswijk in Leuven het startschot gegeven voor de nodige boringen om een 100-tal woningen en appartementen die projectontwikkelaar Resiterra hier bouwt in de toekomst te verwarmen en af te koelen met een zogenaamd koudenet. Het is het eerste keer dat deze techniek in Vlaanderen wordt toegepast in een residentiële wijk.
In tegenstelling tot warmtenetten gebruikt een koudenet een koude energiebron. Op een diepte van 70 meter wordt in dit project grondwater van zo’n 14° C opgepompt. Dit water wordt met behulp van een warmtepomp verder opgewarmd tot 40 a 60 °C waarna het in de huiskamer kan gebruikt worden voor verwarming en sanitair. Eens het grondwater weer is afgekoeld wordt het afgeleid naar de grond. He t systeem kan zowel gebruikt worden om de woning op te warmen als om ze af te koelen. Om de temperatuur van het ondergronds waterbassin op peil te houden zal er bijkomend omgevingswarmte uit de Dijle getrokken worden waardoor het aantal algen in deze rivier tijdens de zomermaanden aanzienlijk zal verminderen.
Het grote voordeel van dit project, waarin Resiterra één miljoen euro investeert, is dat er van lokale CO2-uitstoot geen sprake meer zal zijn. Bij een traditionele verwarming – dus via een klassieke gaswandketel – stoot elke woning of appartement jaarlijks één ton CO2 uit.
Tommelein sprak dan ook zijn grote waardering uit voor dit innovatief project, dat de CO2-uitstoot sterk vermindert. “Met warmte- en koude energienetten ontwikkelt zich een nieuwe markt die in de hernieuwbare energiedoelstellingen van ons land een heel belangrijk aandeel zal innemen. Ik hoop dat dit voorbeeld snel overal navolging vindt”, zegt de minister.
Resiterra wil in de toekomst ook voor de 500 nieuwe woningen op de aanpalende Hertogensite in Leuven een dergelijk koudenet aanleggen. Hugo Van Hoof van Resiterra, wees er echter op dat de dure elektriciteitsprijs een probleem vormt. “Willen wij in de toekomst daar waar mogelijk deze prachtige technologie maximaal inzetten dan moet de elektriciteitsfactuur via een groene taxshift verlicht worden. Op dit ogenblik zijn geothermische projecten omwille van de bestaande elektriciteitstarieven economisch marginaal interessant”.
Tommelein stelde dat er op een bepaald moment flankerende maatregelen zullen komen ‘om ervoor te zorgen dat alle energiebronnen evenveel kansen krijgen’. “Het komt in orde, maak u geen zorgen”, zei de minister.