Vande Lanotte speelt trombone en heeft een liesbreuk, omdat hij in de zomer te veel oefende. Tommelein zingt twee classics van André Hazes: ‘Een beetje verliefd’ en ‘Zij gelooft in mij’.
Of Tommelein gelooft in nog eens zes jaar met sp.a in Oostende (Open Vld en sp.a besturen al twaalf jaar samen), wil hij niet zeggen. De liberaal ligt in het midden van het bed, en dat doet zichtbaar deugd. Toch zijn de twee Oostendenaren verrassend uitgesproken over wat voorakkoorden doen met de lokale politiek.
Tommelein: “Het is toch logisch dat er vooraf wordt gesnuffeld? In sommige gemeentes zeggen ze mij niet eens met wie ze praten. ‘Bemoei u met uw eigen zaken’, die houding nemen ze aan. Nochtans ben ik verantwoordelijk voor heel West-Vlaanderen.”
Vande Lanotte: “De provincie Antwerpen heeft nauwelijks een traditie qua voorakkoorden, in Limburg vindt men elkaar zowat altijd vooraf. Ik denk dat West-Vlaanderen ergens tussen de twee zit. Soms spreken twee ministers of partijvoorzitters met elkaar, maar dan nog gebeurt het dat de lokale partijgenoten zeggen: ‘Niet met ons.’ Dat er in 70 procent van de gemeentes voorakkoorden zijn, zoals professor Johan Ackaert (DM 25/8) zegt? Dat vind ik toch veel.”
Is een voorakkoord geen kiezersbedrog?
Vande Lanotte: “Wie zijn voorakkoord openbaar maakt, neemt een groot risico, daarom zwijgen de meesten. De mensen appreciëren dat niet. Al is het nooit goed. Als je uit het stadsbestuur wordt gekegeld omdat je geen afspraken hebt gemaakt, zegt de kiezer: ‘Je bent veel te naïef.'”
Tommelein: “Hier in Oostende kan ik in alle openheid zeggen dat ik met alle partijen in de gemeenteraad contacten heb gehad, op Vlaams Belang en PVDA na. Wij leven niet onder een glazen stolp. We zien elkaar op de gemeenteraad, op het schepencollege, op officiële gelegenheden. En ook weleens aan elkaars keukentafel.”
Steekt het niet wanneer het ontwerp van een voorakkoord tussen Open Vld en N-VA uitlekt?
Vande Lanotte: “N-VA en Open Vld mogen wat mij betreft praten. Verzet ik mij daartegen op een democratische wijze? Uiteraard. Ik probeer te zorgen dat ik zo veel stemmen haal dat ze hun voorakkoord niet kunnen uitvoeren.”
Een oplossing voor jullie beiden is dat Tommelein na drie jaar de sjerp overneemt van Vande Lanotte.
Vande Lanotte: “Dat is nu the talk of the town, maar het is onrealistisch. Zoiets doe je misschien in een kleinere gemeente, maar niet in Oostende, waar iedereen op zit te kijken. Geen van beiden gaat de sjerp toch aan een andere partij geven, als je die zelf kan dragen?”
U komt niet eens op onder uw eigen partijnaam. U heeft een Stadslijst.
Vande Lanotte: “Nog zo’n non-issue. Ik zal het met een boutade zeggen: als ik in het kernkabinet met de topministers ruzie had gemaakt, dan was ik goed bezig. Maak je ruzie met je schepenen, dan ben je slecht bezig. Op dit niveau draait het om consensus en samenhang. Daarom moet je mensen van allerlei slag erbij betrekken. Ook sociologen, zoals de eminente Luc Huyse, zijn grote voorstanders van lijsten met niet-politici. Waarom maken journalisten hier toch zo’n probleem van?”
Binnen uw partij is er eveneens kritiek. Van Hans Bonte en Louis Tobback, om er maar twee te noemen.
Vande Lanotte: “De leden in Oostende hebben het met 95 procent van de stemmen goedgekeurd. Zij vinden onze Stadslijst helemaal geen zwaktebod.”
De partijvoorzitter staat niet eens op een sp.a-lijst, dat is toch vreemd?
Vande Lanotte: (windt zich op) “Daar is toch helemaal niets vreemds aan? Een stadslijst zou niet mogen, omdat de partijvoorzitter hier woont? John werkt hier trouwens goed mee aan de campagne.”
Tommelein: “Johan, je staat natuurlijk met een hele reeks prominente socialisten op de lijst.”
Vande Lanotte: “Dat mag toch, zeker?”
Tommelein: “Jij, de vroegere burgemeester, de huidige partijvoorzitter, heel wat oud-schepenen. Hoe je het ook draait of keert, dat associëren de mensen toch nog altijd met de socialisten. Jij hebt 15 onafhankelijken op de lijst staan. Op de Open Vld-lijst staan er 26. Het verschil is dat mensen zonder lidkaart zonder problemen op een liberale lijst willen staan. Ze maken van die naam geen probleem.”
Vande Lanotte: “Al mijn niet-leden hadden, op twee of drie na, op een sp.a-lijst gestaan. Daar ben ik zeker van. De Stadslijst is een concept, we overstijgen de politiek. Een sp.a-lijst is dan geen optie.”
Ondanks het soms negatieve imago van politiek, weet de burger jullie nog altijd te vinden voor een vraag over een scheve stoep of vuil op straat. Houdt hondenpoep de mensen meer bezig dan migratie?
Vande Lanotte: “Dat is anders. Het is hét sluimerend onderwerp in Oostende. Wij zijn de laatste stad die een grote stijging van mensen met een migratieachtergrond heeft gekend. Ik zou liegen als ik zeg dat de Oostendenaren daar goed en gemakkelijk mee omgaan. Het zal veel tijd en inspanningen vergen. Wat taallessen betreft leggen we de nieuwkomers een dubbel zo zwaar programma op als Vlaanderen vraagt. Wij hebben ook 800 mensen met een migratieachtergrond intens begeleid naar een job. 40 procent heeft structureel een job, zonder gesubsidieerde tewerkstelling. Geen enkele stad doet beter.”
De werkloosheidscijfers blijven wel torenhoog.
Tommelein: “Het is te makkelijk om te zeggen dat het armoedeprobleem opgelost zou zijn zonder de instroom van de nieuwkomers. De structurele werkloosheid ligt simpelweg te hoog. Te veel mensen denken dat ze nog in hun hangmat kunnen blijven liggen en hun uitkering opstrijken.”
Het is de verantwoordelijkheid van de mensen zelf?
Tommelein: “Wanneer wij het heft in handen krijgen, zullen we nultolerantie hanteren voor wie er de kantjes afloopt of sociale fraude pleegt. Een aantal mensen wíl hier gewoon niet werken.”
U zit al twaalf jaar mee in het bestuur.
Tommelein: “Daarvan heb ik maar twee jaar in het schepencollege gezeten. In 2006 hadden de socialisten een absolute meerderheid. Die bevoegdheden zijn nooit bij ons terechtgekomen. Ik ben de ‘junior partner’. Ik heb 6 zetels, Johan 15. Het is niet omdat ik al in het bestuur heb gezeten, dat ik straks geen ander beleid kan voeren.”
Vande Lanotte: “In 2007 hebben we de werkloosheid fors teruggedrongen. We kregen zelfs het verwijt dat we te veel werklozen lieten schrappen. Nu nog hebben we vaak discussies met de VDAB. Ik ben het niet eens met Bart.”
Wanneer migratie het ‘sluimerend probleem’ is, heeft N-VA dan niet dé juiste strategie? Het is haar voornaamste campagnethema.
Vande Lanotte: “Luister eens, het is wel hun minister die verantwoordelijk is. Een van mijn laatste voorstellen in het parlement was een spreidingsplan voor erkende vluchtelingen, maar N-VA wou dat niet. Wij zetten nu busjes in die hier om vier uur ’s ochtends vertrekken, zodat nieuwkomers bij Westvlees in Westrozebeke kunnen gaan werken. Mensen komen van 6.000 of 10.000 kilometer ver, maar het is in het beleid niet mogelijk om ze 50 kilometer te verplaatsen en daar te vestigen. De burgemeesters zijn niet verantwoordelijk voor de huidige chaos. De staatssecretaris en de ministers van N-VA wel. Tijdens de stakingen hebben Oostendse agenten dagenlang meegeholpen in de gevangenissen. Maar nu wij, met de transitmigranten, extra werk hebben, sturen ze niemand. Eigenlijk ben ik veel te braaf in dat soort zaken.
“Bart, lach toch niet. Ik, te braaf? (met ironisch stemmetje) Mijn imago eraan!”
Onderschatten jullie de angst voor ‘de vreemdeling’?
Tommelein: “Ik ga echt niet meedoen aan de polarisering van N-VA. Vaststellen dat er veel vreemdelingen zijn, is makkelijk. Oplossingen aandragen is iets heel anders.”
Na enkele lessen Arabisch, gesponsord door de stad, beeldde de Oostende N-VA-kopman Björn Anseeuw de burgemeester af als jihadist.
Tommelein: “Dat was beneden alles, en dat heb ik in de gemeenteraad zeer duidelijk gemaakt.”
Vande Lanotte: “Hoe zwakker de peilingen, hoe meer ze tweeten. Toen Theo Francken in een nazikostuum werd afgebeeld door de jongeren van Ecolo, was het kot te klein. En terecht. Maar toen ze mij afbeeldden als jihadi, bleef de rest van de N-VA muisstil. Typisch voor dit soort politici.”
Kunt u wel met N-VA in het bestuur, wanneer het water zo diep is?
Tommelein: “Wanneer wij in een coalitie stappen met N-VA, zullen wij een bestuursakkoord moeten sluiten met zeer duidelijke afspraken. Zeker over migratie.”
Zo’n Mechelse coalitie, met N-VA, Open Vld en Groen, kan dat werken?
Tommelein: “De groenen hebben al veel aan mijn keukentafel gezeten, maar er blijven grote verschillen. Belastingverhogingen en geen hoogbouw, dat is moeilijk voor een liberaal. Ik sluit niets uit, behalve een coalitie met sp.a én Groen.”
De liefde van de burgemeester voor Groen lijkt ook maar povertjes.
Vande Lanotte: “Toen we de absolute meerderheid hadden, hebben we Groen drie keer een kartel voorgesteld. Het werd een beetje zielig op den duur, want onze liefde werd nooit beantwoord. Groen twijfelt duidelijk tussen sp.a en N-VA. Wij twijfelen niet aan de onmogelijkheid om met N-VA een meerderheid aan te gaan.”
Wat vond u van de uitspraak van John Crombez dat hij ermee stopt wanneer sp.a niet goed scoort in de steden?
Vande Lanotte: “Wie zegt dat hij vertrekt wanneer het slecht is, is er net diep van overtuigd dat het goed zal zijn.”
U bent de enige die die uitspraak zo interpreteert.
Vande Lanotte: “Ik heb een zeer groot onvermogen om pessimistische boodschappen op te pikken. Dat heeft me al veel leed bespaard in mijn leven. Ik word hier in ieder geval niet minder combattief door.”
Tommelein: “In Oostende kan sp.a het ook niet slecht doen he, Johan?”
Vande Lanotte: (kijkt verstoord)
Tommelein: “Ah neen, het is een Stadslijst.”
Vande Lanotte: (lacht) “Als we het goed doen, zal het de Stadslijst zijn. Als we het slecht doen, zal het sp.a zijn. Wacht maar af.”
Tommelein: (jennend) “Door al je huisbezoeken moet je toch weten of het goed zit of niet? Ik voel dat het goed zit. Maar niet voor jou, hé.”
Vande Lanotte: “Wait and see, Bart. Op de verkiezingsdag heb ik trouwens geen enkele stem meer. Zo gaat het tijdens elke campagne: elke dag verlies ik één zetel.”
Tommelein: “Ik heb op verkiezingsdag toch al zeker één stem, hoor, Johan. Ik stem al zeker voor mezelf.” (lacht)
Met welk percentage gaan jullie tevreden slapen zondagavond 14 oktober?
Tommelein: “Ik had 13,5 procent in 2012. Ik moet op minstens 20 procent mikken om geloofwaardig te zijn als burgemeester. Als de Oostendenaren bij Johan willen blijven, zal ik mij daar ook bij moeten neerleggen.”
Vande Lanotte: “De vorige keer hadden wij 32 procent. Ik wil opnieuw boven de 30 procent eindigen, al zal dat niet makkelijk zijn. Nu hebben we 15 zetels, nu wil ik er tussen de 13 en de 17 halen.”
Zullen de zaken waarvan u wordt beticht in het boek De keizer van Oostende, u nog zuur opbreken?
Vande Lanotte: “Dat heeft een aantal mensen definitief van mij afgekeerd. Ondertussen heb ik al zes onderzoeken moeten ondergaan, die allemaal op niets zijn uitgedraaid. Omdat er gewoon niets te vinden is.”
Tommelein: “Als Johan effectief schuldig zou zijn, dan was dat al lang uitgekomen. Er wordt heel veel sfeer geschapen. Ik word daar trouwens ook mee geconfronteerd, met beschuldigingen van corruptie. Ze zeggen dat ik geld heb gekregen…”
Vande Lanotte: “En appartementen. De helft van Oostende is ervan overtuigd dat ik een nieuw appartement heb gekregen van bouwpromotor Versluys op de Oosteroever. Veertig mensen hebben mij al gevraagd: ‘Oe zit da nu me jen appartement?’ En dat zijn de brave mensen, hé, die je erover aanspreken. De rest roddelt erover achter je rug. Kom met een dossier en hou toch op met al die insinuaties.”
Tommelein: “Je moet geen burgemeester worden om een rustig leven te leiden of om veel geld te verdienen. De opkomst van de sociale media maakt het ook niet makkelijker.”
Vande Lanotte: “Klopt. Vroeger draaide de geruchtenmolen veel trager. De vrije meningsuiting met de gemanipuleerde sociale media is op sommige momenten meer een bedreiging dan een ondersteuning van de democratie. Sociale media kunnen van iemand een karikatuur maken die nooit meer weg geraakt.”
Gaan jullie van sociale media gebruik maken tijdens de campagne?
Tommelein: (trots) “Ik ben de actiefste Twitteraar van de Vlaamse regering.”
Vande Lanotte: “Ik heb geen Twitter. Ik ga mij daar niet mee bezighouden. Ik ben een studiekop van nature: ik heb de grote gave dat ik iets simpels kan uitleggen tot niemand het nog verstaat. Ik heb wel Facebook.”
Tommelein: “Als je het in drie zinnen niet uitgelegd krijgt, klopt er iets niet. Ik ben ervan overtuigd dat de sociale media voor het eerst een cruciale rol zullen spelen. Je onderschat dat, Johan.”
Kunnen jullie nog het gezicht zijn van de vernieuwing?
Vande Lanotte: “Absoluut. Ik ben niet het gezicht, ik ben één van 41 kandidaten.”
Tommelein: “Ik heb vooral een goed onderbouwd programma voor de komende decennia.”
Vande Lanotte: “Ik heb geleerd van de Russen dat meerjarenplannen niet altijd de beste strategie zijn. Wij hebben een toekomstvisie, maar willen vooral actie. Ik heb de laatste twee jaar nog heel veel in gang gezet.”
Tommelein: “Als ik even geluk heb, zal ik de komende jaren veel lintjes mogen knippen. En de mensen onthouden wie het lintje heeft doorgeknipt, Johan, niet wie het plan getekend heeft.”
Vande Lanotte: “Ik zal je wel uitnodigen de volgende zes jaar. Als minister mag je dan zelfs naast me staan, maar het is de burgemeester, ik dus, die de lintjes knipt.”
Morgen houden we halt in Genk.