Het Oostendse stadsbestuur heeft zijn meerjarenplan 2020-2025 klaar. Er wordt maar liefst 136 miljoen euro geïnvesteerd. De belastingen voor de burgers worden daarvoor niet verhoogd. “We zijn met een fijne kam door onze eigen uitgaven gegaan, om te kunnen focussen op wat echt belangrijk is: de Oostendenaar en toekomst van onze stad.”
Het meerjarenplan 2020-2025 voor Stad Oostende is klaar, het college bereikte een globaal akkoord. Op 14 december wordt het meerjarenplan voorgelegd aan de gemeenteraad.
Het stadsbestuur ging eerst en vooral met de fijne kam door haar eigen uitgaven. We willen een slanke overheid zijn, die zich richt op haar kerntaken en niet langer doet wat het middenveld of privépartners reeds voldoende organiseren. Zo starten we gesprekken met externe partners, zowel privé als non-profit, om onze activiteiten van catering, gezinszorg en aanvullende thuiszorg verder te zetten. Uiteraard gaan we daarover in overleg met het personeel en de vakbonden.
We werken efficiënt. We delen niet zomaar uit, we zorgen ervoor dat middelen terechtkomen bij wie ze echt nodig heeft. We richten een fraudecel op om misbruik op te sporen, ervoor te zorgen dat iedereen eerlijk bijdraagt en niemand onterecht int. Ook door betere coördinatie en samenwerking, zowel intern als extern, zal er ruimte vrijkomen om te focussen op wat echt belangrijk is.
Gezonde stadsfinanciën
Dankzij de grondige doorlichting van alle uitgaven, zullen de stadsfinanciën gezond en in evenwicht zijn. Het beschikbaar budgettair resultaat is elk jaar positief, de autofinancieringsmarge staat in 2025 op 4 miljoen euro. Zowel de personenbelasting als de onroerende voorheffing worden ondanks de vele investeringen niet verhoogd. We voeren een openingstaks in op nachtwinkels en verhogen de belastingen op vervuiling. De belastingen op drijfkracht en op terrassen dalen met ongeveer 25 procent.
De komende zes jaar zal het stadsbestuur maar liefst 136 miljoen euro investeren. De schuld stijgt daarvoor met 34 miljoen euro tegen het einde van de legislatuur.
Allemaal Oostendenaar – 13 speerpunten
1. Investeren: nooit eerder zoveel investeringen
We investeren een recordbedrag in openbare werken. Het doel is een betere mobiliteit en veilige, fietsvriendelijke wegen. Zo pakken we onder meer de Steense Dijk tussen de Torhoutsesteenweg en de Mariakerkelaan aan, de straten rondom cultuurcentrum De Grote Post, de
Mariakerkelaan tussen de Stuiverstraat en de Torhoutsesteenweg, en de Stuiverstraat met fietspad tot aan de Gistelsesteenweg. We werken voor enkele grote infrastructuurwerken aan gebouwen samen met Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV). Niet alleen voor Thermae Palace, ook voor een volledig vernieuwd en modern stadhuis. We rationaliseren het gebouwenpatrimonium van de stad. We streven naar gebouwen per wijk die verschillende functies en diensten voor de burger combineren. Gebouwen die we niet meer nodig hebben of niet meer kunnen gebruiken, en die dus alleen maar handenvol geld kosten (renovatie, energiekost …), doen we van de hand.
2. Veiligheid: preventief waar mogelijk en repressief waar het moet
Om in de zomer beter het hoofd te kunnen bieden aan problemen zoals verloren gelopen kinderen of mensen in nood, richten we een tijdelijke redderspost op het strand op, van waaruit de reddingsdiensten, politie, brandweer … gecoördineerd kunnen optreden. Het budget voor de politie wordt opgetrokken naar 21 miljoen euro in 2020 en loopt op tot net geen 23 miljoen in 2025. We vergroten de bekendheid en bereikbaarheid van de wijkagent. We bestrijden het gevoel van straffeloosheid. We controleren méér en gerichter, het tarief van gemeentelijke administratieve sancties gaat omhoog voor wie hardleers is. We zetten volop in op diefstalpreventie.
3. Welzijn: strijd tegen armoede is prioriteit
Er gaat jaarlijks meer dan 35 miljoen euro naar de strijd tegen armoede. Met ons armoedebestrijdingsplan pakken we het probleem gericht aan samen met alle diensten, het middenveld en de mensen in armoede zelf. We nemen brede maatregelen die ook preventief werken. We voorzien brugfiguren in het secundair onderwijs om schooluitval tegen te gaan en middelen om vernieuwende, netoverschrijdende onderwijsprojecten op te starten. Er wordt een voedselverdeelplatform opgericht waarbij we alle partners die aan voedselbedeling of bestrijding van extreme armoede doen betrekken. Op vlak van gezondheidszorg en seniorenbeleid stippelen we een duidelijke visie uit en stappen we af van de kleinere projectmatige aanpak. Geestelijke gezondheidszorg nemen we mee op in het gezondheidsbeleid. We investeren in een derde dagverzorgingscentrum, voor mensen met dementie, en in toegankelijke wijkpunten in navolging van Labo Vuurtorenwijk.
4. Wonen: focus op kwaliteit
We heroriënteren de middelen voor wonen en focussen op het verhogen van de woonkwaliteit en de aanpak van armoede. Zo geven we niet langer een premie aan elke jongere die een woning koopt en vervalt de premie voor gevelrenovatie. We informeren maximaal over de bestaande premies van hogere overheden. We promoten de terugbetaling van de onroerende voorheffing bij de verwerving en verbouwing van een eerste, bescheiden woning. We verlagen hierbij het grensbedrag van de investering zodat meer jonge Oostendenaars in aanmerking komen en hun woning renoveren. We trekken het budget voor de premie eerste huur op en koppelen er een intensieve begeleiding aan. De multibel-acties gaan onverminderd verder en krijgen een digitaal verlengstuk. We brengen de vergunde toestand van elke woonentiteit in kaart. De databank zorgt voor correctere informatie waar we mee aan de slag kunnen. We richten een rollend fonds op: we verwerven woningen om ze te renoveren en daarna op de markt te zetten. We pakken op die manier leegstand aan en inspireren ook anderen om erfgoed te renoveren.
5. Energie: energiezuinigere gebouwen
Energiezuinige gebouwen zijn niet alleen goed voor de portemonnee, ze dragen ook bij aan een beter klimaat en milieu. We verdubbelen daarom de middelen voor het Energiehuis, dat een uniek loket vormt voor alle Oostendenaars en hen met raad en daad bijstaat om energie te besparen. Ook het bestrijden van energiearmoede staat hoog op hun agenda. Alle stadsgebouwen worden grondig gescreend en energiezuiniger gemaakt. Er wordt een masterplan opgesteld om Oostende tegen 2050 klimaatneutraal te maken.
6. Economie: focus op ondernemers
We versterken het Economisch Huis als serviceloket voor alle ondernemers. We begeleiden en informeren hen, helpen om te digitaliseren, zetten in op administratieve vereenvoudiging, realiseren het handenvrij shoppen … Het Economisch Huis voert het arbeidspact uit: het pakt de mismatch aan tussen vacatures en werkzoekenden, begeleidt mensen naar de arbeidsmarkt, helpt ondernemingen om opleidingen en projecten gericht op de talenten van jongeren te organiseren, enzovoort. We ondersteunen projecten in de sociale economie en trekken daar een apart budget voor uit. Het stadsbestuur geeft een duidelijk signaal met de verlaging van bepaalde taksen op ondernemen om de lokale handelaars te ondersteunen.
7. Vrije tijd: investeren in infrastructuur
We blijven investeren in cultuur. Er komen investeringen voor de bibliotheek (herstellen en opfrissen gevel, camerabewaking en verlichting), onderhouds- en opfrissingswerken aan het Stadsmuseum en de Venetiaanse Gaanderijen. De dienst Cultuur garandeert een kwaliteitsvol cultureel aanbod en bekijkt samen met Toerisme Oostende waar beiden elkaar kunnen versterken. We zetten extra in op ons Cultuurcentrum De Grote Post, hun budget stijgt van 1,9 miljoen euro eind vorig jaar naar 2,8 miljoen in 2020. De Grote Post zal lokale initiatieven verder en sterker ondersteunen. Met Ostend is Music geven we de Oostendse muziekscène een forum.
We betrekken de sportclubs in de uitvoering van stedelijke initiatieven zoals Sport aan Zee en de sportkampen voor kinderen en jongeren. De dienst Sport wordt hierbij facilitator in plaats van organisator. Het sportcentrum de Koninklijke Stallingen wordt volledig gerenoveerd. Er komen omnisportvelden en buurtsportpleintjes, waar we samen met de sportclubs zullen inzetten op bewegen voor iedereen.
We stoppen een aantal nominatieve subsidies zoals de terugbetaling van 10 euro per jaar voor wie aan sport doet of lid is van een jeugdvereniging. Dit is geen structurele aanpak en de verwerking kost veel tijd en moeite. We zetten die middelen liever gericht in om armoede te bestrijden. Zo brengen we alle kansentarieven binnen het vrijetijdsaanbod – niet alleen voor cultuur maar ook voor sport en jeugd – onder in de UiTPas. We blijven de sportclubs, de jeugdverenigingen en de cultuurverenigingen ondersteunen.
8. Toerisme: motor voor onze stad
Toerisme is een belangrijke motor voor onze stad. De extra middelen daarvoor komen rechtstreeks van de toeristische sector zelf, via de inning van een hogere city taks. We investeren vooral om Oostende als citytrip verder te ontwikkelen en het verblijfstoerisme ook in de kalmere maanden zoals februari, maart en november te laten groeien. Enerzijds ligt de focus op de ‘Meesters van de zee’ James Ensor en bij uitbreiding Léon Spilliaert en Constant Permeke. Anderzijds willen we samen met de sector het culinaire aanbod versterken, met bijkomende culinaire evenementen. We werken verder aan de ontwikkeling van het Nieuwe Strand. We zetten Mariakerke in de markt als dé familiebadplaats aan zee, met aangepaste infrastructuur. We doen bijkomende inspanningen om Oostende ook nog meer te laten groeien als congresstad.
9. Toegankelijkheid: toegankelijkheidstoets bij alles wat we doen
Toegankelijkheid wordt een basisrecht voor alle inwoners. We maken werk van een gedragen, horizontaal en participatief beleid over alle beleidsdomeinen heen. We voeren de toegankelijkheidstoets in. Of het nu om gebouwen, straten of evenementen gaat, we houden van bij de opstart van projecten rekening met de toegankelijkheidsvoorwaarden. Dit werkt ook kostenbesparend. Elk jaar maken we een extra stuk strand toegankelijk voor iedereen door het aanleggen van strandmatten. Er komen speeltoestellen op het openbaar domein voor kinderen met een beperking. We voorzien aangepaste sportinfrastructuur en sportmateriaal en investeren in G-sport aan zee. Het middenveld dat de belangen vertegenwoordigt van mensen met een beperking ondersteunen we. We sensibiliseren de Oostendenaars met campagnes waarin mensen met een beperking de hoofdrol spelen.
10. Milieu: meer groen
We bouwen een volwaardig milieu- en natuurbeleid uit. Onze duingebieden, het strand en de polders omzomen de stad en zorgen voor natuurlijke bescherming. Het krekengebied en de kustpolders zijn van levensbelang voor een goede waterberging en vormen een schat aan biodiversiteit. Onze bestaande natuurparels behandelen we met de grootste zorg. Embryonale duinen geven we alle kansen om zich verder te ontwikkelen. Het stadsrandbos wordt verder aangeplant en de site van het crematorium richten we opnieuw in. Een nieuwe stedelijke vzw zal alles in goede banen leiden. We verbinden onze robuuste natuurgebieden met andere groenelementen in de stad en zorgen voor een optimale groene stadsinfrastructuur. De kinderboerderij en de omgeving worden volledig aangepakt. We schakelen de natuur- en milieuverenigingen in om het beleid mee vorm te geven én uit te voeren. We gaan voor een vooruitstrevend meeuwenbeleid: een meeuweninterventieteam zorgt voor een aanpak op maat in overlastgevoelige zones, en doet dat met diervriendelijke tussenkomsten.
11. De vervuiler betaalt
Ons klimaat staat onder druk, de maatschappelijke gevolgen laten zich steeds vaker zien. We vertrekken van het principe dat de vervuiler betaalt. De belastingen op reclamedrukwerk en op benzinepompen, worden verhoogd net zoals de milieuheffing op afvalverbranding. In dezelfde filosofie krijgt elke Oostendenaar twaalf beurten voor het containerpark, ruimschoots voldoende voor de doorsnee burger die gemiddeld 5 à 6 keer per jaar gaat. We organiseren geen gratis ophaling meer van grof huisvuil. We herbekijken ook het gratis ophalen van afval na evenementen. We treden streng op tegen sluikstorten. Wie een peuk op de grond gooit riskeert een gemeentelijke administratieve sanctie van 100 euro, bij recidive kan dit oplopen tot 350 euro.
12. Communicatie: digitalisering en participatie
Digitalisering en administratieve vereenvoudiging zorgen voor een efficiëntere interne werking en een betere dienstverlening voor de Oostendenaar. Het e-loket wordt verder ontwikkeld. We werken een vereenvoudigde aanvraag en procedure voor fuiven en evenementen uit. We investeren in een digitaal systeem om meldingen, suggesties en klachten van de burger nauw op te volgen. De ombudsman vormt het sluitstuk om onszelf als overheid in vraag te blijven stellen. We organiseren participatietrajecten en in alles wat we doen staat de Oostendenaar centraal.
13. Samenleven
We werken meer wijkgericht en bottom-up. Stadsmariniers brengen mogelijke problemen in kaart en zorgen voor structurele oplossingen. Het budget voor wijk- en straatfeesten trekken we op. Met ‘wijkprikkels’ zullen burgers mee beslissen over projecten in hun wijk. Het nachtleven is belangrijk voor een toeristische stad. We voorzien budget om initiatieven in de uitgaansbuurt te stimuleren en werken samen met de politie aan een bloeiend en veilig uitgaansleven. We ontwikkelen de ontmoetingscentra verder als ontmoetingsplaats voor de hele wijk. Ze zullen ook een belangrijke rol spelen bij het detecteren van armoede.
Oostende is een diverse stad. Van welke afkomst, geaardheid of geloofsovertuiging je ook bent, we zijn ‘Allemaal Oostendenaar’. Daar zijn wij een jaar geleden van vertrokken en dat blijft een gedeelde verantwoordelijkheid van iedereen.
Bekijk hier de Powerpoint presentatie