Als relance voor Oostende na de coronacrisis wil Bart Tommelein (Open VLD) niet zozeer eenmalige financiële steunmaatregelen, maar vooral dat de geplande investeringen worden verdergezet. “We hebben nood aan een robuust investeringsplan dat ons voorbereid op de komende jaren”, zegt de Oostendse burgemeester. “Naast economische zullen er ook sociale maatregelen moeten komen, want ons armoedecijfer zal er na de crisis niet lager op worden. Onze eigen begroting kan heel weinig dragen, maar we zullen het gesprek voeren met de hogere overheid.”
Ook al worden de lockdownmaatregelen voorlopig niet versoepeld, alle overheden zijn zich al aan het voorbereiden op de periode na de crisis. Oostends burgemeester Bart Tommelein stelde vorige week al in onze krant dat hij de trekker wil zijn van een relanceplan voor de kust. Maar hoe ziet hij dat concreet voor Oostende? “We zijn aan het nadenken, maar voor een concreet plan is het te vroeg”, zegt de Oostendse burgemeester. Maar enkele klemtonen heeft hij wel al in zijn achterhoofd.
“Het gaat niet alleen om een plan voor de heropbouw, maar ook nog altijd over handhaving”, aldus Tommelein. “We vermoeden dat er aan de kust een heel specifieke situatie zit aan te komen als alle Belgen na het versoepelen van de lockdownmaatregelen massaal naar de kust afzakken. Een overaanbod aan mensen die naar zee willen komen, zal voor nieuwe problemen zorgen. Ook daarvoor zijn we plannen aan het uitwerken.”
Investeringen voortzetten
“Wat de relancemaatregelen betreft, is het belangrijkste dat we op een structurele manier te werk gaan. Eenmalige ondersteuningsmaatregelen van korte duur sluit ik niet uit, maar de klemtoon moet liggen op het verder zetten van de geplande investeringen in infrastructuur. Het zou niet goed zijn om grote investeringen nu te schrappen om meer geld te kunnen vrijmaken voor eenmalige subsidies. We hebben nood aan een robuust investeringsplan voor de komende jaren. Maar ik ben ervan overtuigd dat we nooit meer de samenleving krijgen van voor de coronacrisis.”
Het Economisch Huis maakte eerder al voor een half miljoen euro steunmaatregelen voor de lokale economie bekend. De ondernemingen die een beroep doen op de bovenlokale waarborgregeling omdat ze geconfronteerd worden met een pas aangekochte stock, zonder dat daar inkomsten tegenover staan, maar ondertussen wel een nieuwe stock moeten bekostigen, kunnen rekenen op 1.250 euro per vennootschap voor de dossierkosten die daaraan verbonden zijn. Eenmanszaken zonder fysieke vestiging kunnen rekenen op maximum 202 euro per maand, gedurende voorlopig twee maanden. Ondernemingen die net gestart zijn of zwaar geïnvesteerd hebben en daardoor onvoldoende reserves hebben kunnen opbouwen, krijgen een tussenkomst van 500 euro per maand, voorlopig voor twee maanden.
Geen sinterklaas spelen
Toch wil Bart Tommelein dus niet voor alle andere handelszaken het pad van de eenmalige steunmaatregelen bewandelen. “We zijn niet van plan om nu weer sinterklaas te gaan spelen”, zegt hij. “We moeten onze toekomst veilig stellen en jobs creëren. Als we steun toekennen, moet het gefocust zijn op duidelijke doelstellingen. Mensen die pas een eigen zaak gestart hebben en nog geen reserves opbouwden, moeten we ondersteunen. Maar niet alle handelszaken moeten gerelanceerd worden. Bestaande zaken moeten hun verhaal niet structureel herschrijven.”
Onze begroting kan heel weinig dragen. We moeten dan ook het gesprek aangaan met de hogere overheid
“Naast de economische maatregelen zullen we ook werk moeten maken van een sociale relance. Ik denk niet dat de armoedecijfers van Oostende na deze crisis gedaald zullen zijn. Ik verwacht op dat vlak integendeel heel moeilijke situaties. Mensen zullen inkomen verloren zijn. Ik ben vroeger als minister de architect geweest van de flexi-jobs, maar heel veel mensen hebben het de voorbije weken zonder inkomsten uit flexi-jobs moeten doen. Veel ouders moesten bovendien kosten maken om hun kinderen digitaal te laten studeren. Wij lanceerden ook een oproep naar laptops, want blijkbaar hebben heel wat studerende kinderen die niet ter beschikking.”
“Hulp hogere overheid nodig”
“Onze begroting kan heel weinig dragen”, is burgemeester Tommelein duidelijk. “We moeten dan ook het gesprek aangaan met de hogere overheid. De stad zal een pak minder inkomsten hebben. Zo hebben we op dit moment bijna geen opbrengsten uit parkeergelden. Ook de inkomsten uit de personenbelasting zullen volgend jaar fors dalen, want veel mensen hebben nu een vervangingsinkomen. Toch hebben we enkele kosten moeten maken, zoals voor het triagecentrum, de verhuizing van het doorgroeihuis voor daklozen… Ik heb het dan nog niet over de vele mensen die nu een belastingvermindering vragen omdat ze niet het hele jaar van een bepaalde dienstverlening kunnen genieten. We zullen de oefening moeten maken om onze begroting op orde te houden. Maar er komen zware problemen die we niet zelf gezocht hebben. Het is niet het moment om te zeggen: de stad moet het maar oplossen.”
“De werven die werden stilgelegd, zullen in de komende weken allemaal weer opstarten”, weet de burgemeester. “Bijvoorbeeld aan het Ensorhuis: daar hebben de aannemers ons laten weten dat de werken weer beginnen, maar tegen een lager tempo. De bouwactiviteit gaat verder en dat is een graadmeter en een absolute noodzaak voor de welvaart. De werven zullen als eerste weer opstarten. Ik ben ervan overtuigd dat de bouwsector zich snel zal herpakken. Voor de horeca-, toerisme- en evenementensector zal het veel moeilijker zijn.”