Om de toekomst van de Oostendse haven als visserijhaven te blijven verzekeren, heeft Stad Oostende een akkoord bereikt voor de verdere exploitatie van de Vismijnsite.
Eind 2019 opende de gloednieuwe vismijn zijn deuren ter hoogte van het Visserijdok. Het gebouw is zo’n 5.000 m² groot en omvat een deel van het oorspronkelijke gebouw. De nieuwe site maakt het verwerken van vis, week- en schaaldieren een pak efficiënter, waardoor de versheid en de kwaliteit van de vis wordt gegarandeerd. De Vlaamse Visveiling en het European Food Centre hebben een erfpacht op de Vismijnsite. Stad Oostende heeft een akkoord bereikt met die partijen voor de verdere exploitatie van de site, omdat het belangrijk is om de toekomst van de Oostendse haven als visserijhaven te blijven verzekeren.
De nieuwe overeenkomst wordt op 28 september ter goedkeuring voorgelegd aan de Gemeenteraad. Het akkoord garandeert dat er minstens 2 veildagen per week georganiseerd zullen worden in de Oostendse Vismijn. Bovendien zal minstens 40% van het volledige jaarlijkse volume aan verse vis, week- en schaaldieren worden verwerkt in de haven van Oostende. Daarbij werd rekening gehouden met de economische realiteit.
Aquacultuur en maricultuur
Verder verbinden alle partijen zich er via dit akkoord toe om positief bij te dragen aan de ontwikkeling van bestaande en nieuwe activiteiten op de Vismijnsite. Zo komt er onder andere extra ondersteuning voor de aqua- en maricultuur: het kweken van vis, week- of schaaldieren in water of op zee. Stad Oostende hoopt hiermee perspectief te bieden aan mensen die willen investeren in de visserijsector.
Ook de Vlaamse Visveiling is tevreden met het nieuwe akkoord. “De Vlaamse Visveiling gelooft sterk in de Vismijnsite in Oostende en wil deze dan ook verder dynamiseren met toekomstgerichte projecten”, aldus Sylvie Becaus, CEO van de Vlaamse Visveiling. “Een goede samenwerking tussen de verschillende stakeholders is hiervoor essentieel. Het engagement van Stad Oostende is voor VLV een belangrijke steun.”