De Standaard – Yves Delepeleire | Sociale-inspectiediensten hebben geen bewijzen gevonden dat de Hongaarse transportfirma Waberer’s zich in ons land schuldig zou maken aan sociale fraude. Van een ander transportbedrijf vorderde de inspectie 1,6 miljoen euro RSZ-schulden in.
Het was een opmerkelijk zicht, zo net voor de kerstvakantie: 200 Hongaarse en Roemeense truckchauffeurs van de Hongaarse transportfirma Waberer’s stalden hun truck in een weide in Opglabbeek. Met bussen werden de chauffeurs vervolgens opgehaald en naar huis gebracht, om de eindejaarsperiode met hun familie door te brengen.
Waberer’s vond het te duur om alle trucks naar Hongarije te laten terugkomen en deed daarom hetzelfde in onder meer het Nederlandse Venlo, het Franse Langre en het Italiaanse Brescia. Waberer’s heeft in Europa 3.400 trucks en 4.300 chauffeurs.
De socialistische vakbond ABVV reageerde verbolgen en zag daarin het bewijs van sociale dumping. Volgens de vakbond zouden de chauffeurs van Waberer’s vooral binnenlands transport doen en aan Hongaarse lonen worden betaald. Sociale fraude dus.
Ook staatssecretaris voor Sociale Fraude Bart Tommelein (Open VLD) vond de actie op zijn minst verdacht. Hij kondigde aan dat de chauffeurs bij hun terugkeer van de sociale-inspectiediensten controle zouden krijgen.
Dat is ook gebeurd. De chauffeurs werden op de baan en op bedrijfsterreinen tegengehouden en ondervraagd. Bewijzen van sociale fraude hebben die controles niet opgeleverd. ‘Het is niet omdat iets op sociale fraude lijkt, dat het ook zo is’, zegt staatssecretaris Tommelein. ‘Er is nu eenmaal vrij verkeer van goederen en personen in Europa. Als een transportbedrijf in Hongarije is gevestigd en vooral internationale ritten doet naar andere West-Europese landen, dan kunnen die chauffeurs ook Hongaarse lonen krijgen.’
De discussie gaat hier vooral over de Europese regelgeving voor cabotage. Die zegt dat een chauffeur na elke internationale rit maximaal drie binnenlandse ritten mag doen, anders is er sprake van oneerlijke concurrentie. ‘Uit de controles blijkt dat Waberer’s inderdaad vooral internationaal vervoer doet’, zegt Tommelein.
Honderd procent zekerheid dat alles volgens de regels verloopt, hebben inspectiediensten nooit. Waberer’s zou nooit eerder in het vizier zijn gekomen, maar controle op illegale cabotage is zeer moeilijk. Dat stipte het Rekenhof vorig jaar nog aan in een rapport. Zo zouden ‘vrachtbrieven’ niet altijd sluitend zijn, waardoor chauffeurs ritten zouden kunnen laten verdwijnen of laad- en losplaatsen zouden kunnen wijzigen.
Klacht tegen De Clercq
Sociale dumping in de transportsector blijft hoe dan ook een groot probleem. Twee weken geleden ondertekende Tommelein een actieplan voor eerlijke concurrentie in de transportsector. Dé oplossingen liggen echter vooral in Europa. Binnenkort heeft Tommelein overleg met zijn Franse en Duitse collega’s, die het systeem van detacheringen (waarbij een bedrijf zijn werknemers aan een ander bedrijf in Europa uitleent) in de tijd willen beperken. In het najaar wil hij ook met de Bulgaren en Roemenen rond de tafel zitten.
Werknemers uit de transportsector protesteerden dinsdag nog massaal in de haven van Zeebrugge tegen sociale dumping. Volgens de sector zouden daardoor al 5.000 Belgische chauffeurs hun job zijn kwijtgeraakt.
De Belgische Transportbond (BTB), de beroepscentrale van het ABVV, kondigde ook aan een gerechtelijke klacht in te dienen tegen transportfirma Gilbert De Clercq uit Temse. Volgens de BTB heeft het bedrijf 70 Slovaken en 20 Bulgaarse chauffeurs in dienst en zouden zij voor de helft van een Belgisch loon vooral in België werken.
Tommelein wil zich niet over de klacht uitspreken, maar meldt wel dat de sociale inspectie de voorbije maanden voor 1,6 miljoen euro aan achterstallige sociale bijdragen van De Clercq heeft ingevorderd.
De opbrengsten van sociale fraude stegen vorig jaar met 30 procent, naar 180 miljoen euro, waarvan 16 miljoen van de transportsector.